A curious Biblical snuff box

Auteur:
Don Duco

Original Title:
Een curieuze Bijbelse snuiftabaksdoos

Année de publication:
2022

Éditeur:
Stichting Pijpenkabinet

Description :
A wooden folk art snuffbox tells two Biblical stories which are further explained in this article.

Vanaf het begin van de zeventiende eeuw hebben ambachtslieden tabaksdozen en later ook snuifdozen gemaakt die van een toepasselijke decoratie werden voorzien. Zo’n doos diende naast bewaarplaats van de tabak als praatstukje bij het treffen van familie of vrienden, om te imponeren maar ook als bewijsvoering van een verhaal. De hierbij afgebeelde doos (afb. 1-6) is zo’n handgemaakt exemplaar dat die functie vervulde maar terecht alleszins bijzonder is. Het gaat om een houten zakdoos met volkskunstig voorkomen die een bespreking in meerder opzichten waard is.

01a-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-01
Afb. 1.

Om te beginnen is het model ongebruikelijk want bij deze doos zijn de twee buitenranden sterk afgeplat waardoor een vorm ontstaat met een grote functionaliteit (afb. 5ab): geen doos glijdt prettiger in de broekzak dan deze. De doos is voorzien van rondlopend snijwerk waarbij de twee vlakken heel prominent de beide hoofdvoorstellingen tonen. De langgerekte licht gebolde zijkanten met hun puntige einden zijn voor aanvullend ornamentwerk bedoeld. Zij voegen zich naar de hoofdvoorstellingen, ondersteunen deze zelfs, maar zijn verder ondergeschikt en vooral ornamenteel van uitstraling.

Anders dan gebruikelijk is het niet het hele bovenvlak dat als deksel fungeert, maar slechts een vierkant klepje in het midden van de doos. De metalen scharnier hiervoor is eenvoudig en enkelkakig. Die klep met een relatief kleine opening bewijst ook dat het om een doos voor snuiftabak gaat, die tussen duim en wijsvinger uit de doos genomen werd. Vanwege de gebolde vorm van de doos zou het scharnierend maken van de hele bovenzijde als deksel praktisch onmogelijk zijn.

02a-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-06
Afb.2a.
02b-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-07
Afb. 2b.
02c-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-08
Afb. 2c.

Het versieringsprogramma van de snuifdoos is onmiskenbaar Bijbels, waarbij de boven- en onderzijde elk een eigen Bijbelverhaal uitbeelden. Wie het verhaal aan vrienden of omstanders vertelde, kon aan de hand van het snijwerk op de doos het verhaal illustreren. Uiteraard maakte dat het verhaal een stuk overtuigender. Daarnaast ging het vanzelfsprekend om het maken van indruk naast het snuifje dat de trotse eigenaar daarbij aanbood.

Centraal in de voorstelling en als enige op het klepdeksel, staat een naar links gewende Jezus met opgeheven linkerhand. Hij is herkenbaar aan de nimbus. Rechts achter hem staan vijf discipelen. Jezus zelf richt zich vanuit het midden van de deksel tot een staande naakte man links die door een figuur erachter wordt vast gehouden. Op bevel van Jezus blaast deze gek, want dat is het, duivels uit. De voorstelling in klein bestek is sterk gesimplificeerd en toont de naakte figuur met een wolk uit zijn mond waarin vaag drie ronde portretten te zien zijn. De link naar het Bijbelverhaal staat met zwarte inkt binnen een cirkelvorm op het klepje van de doos geschreven: LEGION HEISS ICH (afb. 6a).

03b-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-02
Afb. 3.

Het verhaal is een citaat uit het Nieuwe Testament, dat zowel in het evangelie van Marcus (5:9) als dat van Lucas (8:30) wordt vermeld. Het verwijst naar de parabel van de genezing van de bezetene van Gadara. De Bijbeltekst daarover luidt als volgt: "Jezus vraagde hem: Wat is je naam? En hij antwoordde: Mijn naam is Legioen, want wij zijn velen. Jezus zond daarop de duivels waarvan de man bezeten was naar een kudde zwijnen in de buurt. Deze dieren stormden vervolgens een steile helling af en verdronken in het meer. Zo raakte de man van zijn gekte verlost en vertelde overal waar hij kwam het goeds dat Jezus voor hem had gedaan". Langs de beide randen van de doos zijn heel toepasselijk deze bezeten zwijnen met hun biggen te zien, in volle vaart rennend in een ritmische opeenvolging. Die uitbeelding verbindt op prachtige wijze de voorstellingen op dekselplat en beide doosranden. De uitbeelding is geen bekend Bijbelverhaal. Misschien daarom werd ter overtuiging bij Jezus een tekst over de voorstelling geschreven. Hier weet het sterke geloof van Christus elke vorm van ziekte te overwinnen, zelfs krankzinnigheid. Iedereen die het wonder heeft gezien, zal de macht van Jesus verder uitdragen, zeker de genezen gek.

Aan de onderzijde van de doos wordt een ander Bijbelverhaal uitgebeeld, afkomstig uit het evangelie van Mattheus (17:27). Hier zien we Petrus die zijn hand in de bek van een reusachtige vis steekt waarvan de staart naar rechts loopt. Petrus haalt vervolgens een zilveren munt uit de vissebek tevoorschijn (afb. 4a). Links in beeld zien we Petrus nogmaals afgebeeld die de munt aan de tempeldienaar aanbiedt als betaling van de tempelbelasting (afb. 4b). Petrus wordt in dit beeldverhaal dus tweemaal afgebeeld. Net als bij de bovenzijde van de doos is de voorstelling weer met inkt van een verklarende tekst voorzien. We lezen de woorden STAATER en MUNZE in twee afzonderlijke ovaalvormige velden (afb. 6-7). Een staater was in de Griekse oudheid een veel voorkomende munt, hoewel de naam feitelijk de gewichtseenheid aanduidt. Pas later ontwikkelde de stater zich tot de meer algemene drachme.

04b-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-09
Afb. 4a.
04c-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-11
Afb. 4b.
04d-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-10
Afb. 4c.

Het wonder dat Mattheus beschrijft is als volgt op schrift gesteld: "In Kapernaüm kwamen de mannen die de tempelbelasting ophalen naar Petrus toe. Ze vroegen hem: Draagt je Meester de dubbeldrachme wel af? Petrus antwoorde Zeker wel. Petrus wist dat vorsten belasting vragen aan vreemden, maar niet aan hun kinderen. Toen zei Jezus: Dan zijn de zonen dus vrijgesteld. Maar we zullen die mannen niet kwaad maken. Ga naar het meer en gooi een vishaak in het water. De eerste vis die je vangt, moet je pakken. Als je zijn bek opendoet, zul je daarin een zilveren vierdrachmestuk vinden. Neem dat en betaal daarmee de belasting voor jou en voor Mij".

Het verhaal leert ons dat Christenen, ook al vormen zij een minderheid, zich aan de algemene regels moeten houden. Zij hebben moeite zich te handhaven tussen velen met een ander geloof, maar uiteindelijk zullen zij het eeuwig leven bereiken. Uit beide verhalen spreekt dat het geloof in de Ware altijd een oplossing brengt, in de tijd van Jezus met wonderen om extra overtuigingskracht te geven.

05-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-12
Afb. 5a.
05-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-13
Afb. 5b.

Er zijn veel tabaksdozen met Bijbelse voorstellingen gemaakt, vooral in messing. Houten dozen zijn echter beduidend zeldzamer. In de meeste gevallen worden verhalen uit het Oude Testament uitgebeeld, dat hier voor het Nieuwe is gekozen, is dus vrij opmerkelijk. Aangezien Luther als eerste bijbelvertaler begonnen is met het Nieuwe Testament is dit bijbeldeel bij de protestanten zeer geliefd geworden. Deze doos kunnen we dus plaatsen in een protestants of wellicht zelfs wel Luthers milieu. De precieze herkomst van deze originele verhalende doos is niet bekend. Dat is vaak zo bij volkskunst. Niet alleen het opschrift in inkt, maar ook andere kenmerken zoals de wijze van uitwerken van de voorstelling duiden op Duitse of eventueel Zwitserse herkomst. Zekerheid daarover is er echter niet.

De doos is een prachtig stukje volkskunst met een stoere vorm en goed van verhoudingen. Toch vond de maker het nodig de cartouches met inkt van een toelichting te voorzien om misverstaan over de betekenis te voorkomen. Dat de voorstelling juist werd begrepen werd dus van belang geacht. Door voor een tekstopschrift te kiezen, bespaarde de snijder zich het priegelige snijwerk van de letters in het hout. Vandaag de dag is het een wonder dat de inkt van de handgeschreven tekst nog zo goed zichtbaar is. Dat wijst op gering gebruik van de doos en dat sluit aan bij de prachtige staat waarin het snijwerk verkeert. Het moet dus vooral een pronkdoos zijn geweest alhoewel snuiftabaksresten aan de binnenzijde wel op incidenteel gebruik wijzen. Dat de doos van hand tot hand is gegaan en de omstanders een nieuwe les leerde, is daarmee zeer waarschijnlijk.

Duidelijk is het dat het gebruikte hout niet gemakkelijk te bewerken is. De nervatuur is vrij expliciet aanwezig en nogal grof wat het snijden lastig maakt en problemen opleverde de diepere delen mooi glad af te werken. De ambachtsman loste dit op door details in de voorstelling te accentueren met fijne lijnen als bij een kopergravure. Zij zorgen ervoor dat de houtsoort verfijnder lijkt en de voorstelling gedetailleerder. Let vooral op de prachtig gegraveerde stralenkrans rond de nimbus van Christus. Ook de jas van Petrus krijgt volume door deze subtiele arceringen.

06a-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-07
Afb. 6a.
06b-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-09
Afb. 6b.
06c-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-10
Afb. 6c.

Vraag blijft in welke sfeer deze doos gemaakt is. Dat het om een unicum gaat, zal niet het geval zijn. Daarvoor is de vorm te afgewogen en de decoratie te doordacht. Een maker die dit kan produceren zal het niet bij één exemplaar laten. Eerder moeten wij denken aan productie in een kleine serie. We weten niet of de maker verschillende onderwerpen afbeeldde, of steeds dezelfde. Voor de ambachtsman was het snijden van een identieke voorstellingen uiteraard tijdbesparend en dus economisch verantwoorder. Evenmin is bekend of de doosmaker, de snijder en de graveur dezelfde persoon zijn die technieken combineerde of dat het om onderscheiden personen ging. Uiteraard geven die mogelijkheden een groot verschil in het aantal geproduceerde dozen.

Bij dagelijks gebruik hadden dergelijke snuifdozen geen lang leven. Meegedragen tussen de kleding raakten zij binnen een paar jaar sleets om uiteindelijk te worden afgedankt. Vaak is dat het moment waarop de scharnier het begeeft en de doos begint te strooien. Het is te verwachten dat er van deze doos geen tweede exemplaar bekend is, maar dat is een mager bewijs dat het om een unicum gaat.

07a-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-03
Afb. 7a.
07b-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-04
Afb. 7b.
07c-24.732  tabakscuriosa-snuifdoos-petrus-05
Afb.7c.

Deze snuifdoos is lang in bezit geweest van Loed van Bussel, een bekende Amsterdamse handelaar in buiten-Europese kunstvoorwerpen. Als persoonlijke hobby verzamelde hij West-Europese volkskunst van hoge kwaliteit. Daarin past deze doos, net als een dozijn andere dozen en tabakscuriosa die uiteindelijk terecht kwamen in het Amsterdam Pipe Museum. Deze doos moet wel tot het oudste bezit van de verzamelaar behoren, want het draagt nummer VK001; de letters staan voor Volks Kunst. Deze doos startte de nummerreeks die tot bijna honderd doorliep. Een groot aantal nummers had betrekking op snuifdoosjes van coquilla die zó verfijnd zijn dat zij in onze ogen niet direct tot de volkskunst behoren.

 

© Don Duco, Amsterdam Pipe Museum, 2022.

 

Afbeeldingen

  1. Voorzijde van de snuiftabaksdoos met Christus en de bezetene.
    Amsterdam Pipe Museum APM 24.732
  1. De drie beeldonderdelen: de gek, Christus en de discipelen.
  1. Achterzijde van de doos met Petrus en de cijnspenning.
  1. De beeldelementen met tweemaal Petrus.
  1. Zijkant met de rennende biggen.
  1. Opschriften met inkt op voor- en keerzijde.
  1. Doos gesloten en met open deksel.